Ori and the Blind Forest | REVIEW

Er was eens een betoverd bos. Vele sprookjes beginnen zo en ook van Ori and the Blind Forest is dat het uitgangspunt. De game is door Moon Studios ontwikkeld. Dat is geen traditionele studio, maar een groep ontwikkelaars die wereldwijd samenwerkt. Over de grenzen heen creëerden ze het verhaal van Ori, een schattig wezentje dat het bos van boosaardige krachten moet redden. Uitgever Microsoft zag er potentieel in en kocht de rechten van de game een jaar later. Leefden ze nog lang en gelukkig?

Ori and the Blind Forest begint met een knal. Wanneer een storm het betoverde bos teistert, wordt de kleine Ori van de Soul Tree gescheiden. De jonge beschermgeest wordt door de goedaardige bosbewoner Naru gevonden. In een korte introductie leer je als Naru de basiscontrols van de platformer. Wanneer een ramp de Zielenboom doodt en het hele bos in verval raakt, ben je als Ori de enige die de balans van de natuur terug kan herstellen. Het klinkt allemaal erg cliché, maar in de korte introductie slagen de ontwikkelaars erin je met de twee personages en het bos waarin ze leven te doen meeleven.

Dat komt deels door de presentatie. Ori and the Blind Forest ziet eruit als de tekenfilms uit je kindertijd. De ontwikkelaars lieten zich inspireren door klassiekers als The Lion King en The Iron Giant, maar ook door recente games zoals Child of Light. Voeg daar de feëerieke soundtrack gecomponeerd door Gareth Coker aan toe en het wordt je vergeven als je af en toe stopt met spelen om van de omgeving te genieten.

Tijdens het spelen zelf zal je aandacht minder bij de omgeving liggen en meer bij simpelweg in leven blijven. Ori and the Blind Forest is geen gemakkelijke game. De makers beschrijven hun creatie als een liefdesbrief aan de oude Rayman- en Metroid-games. Je reist door een volledig open 2D-wereld om je krachten te verbeteren.

Naarmate de game vordert, speel je meer vaardigheden vrij die andere delen van het bos voor je openen. In de praktijk betekent dat dat je vaak van de ene kant van het bos naar de andere moet reizen om een extra sleutel te zoeken die je daar de vorige keer vergeten bent. De omgeving is daarbij aantrekkelijk genoeg dat dat niet meteen repetitief wordt, maar de charme blijft toch niet permanent hangen.

Ori and the Blind Forest heeft geen laadschermen. Wanneer je sterft, kom je onmiddellijk opnieuw in de actie terecht. Dat laatste is een echte zegen, want de game is weinig vergevingsgezind. Vaak word je bij de kleinste fout onverbiddelijk afgestraft en teruggestuurd naar de laatste plek waar je een savegame hebt gemaakt. Dit doe je zelf met de energie die je verzamelt. Een paar minuten gameplay kunnen zo door een seconde onoplettenheid teniet worden gedaan. Je wordt dus op het hart gedrukt om voorzichtig te zijn, want onnodige risico’s nemen wordt vaak hardhandig afgestraft.

Naarmate je in het verhaal vordert, leer je ook geavanceerde manoeuvers om je door het bos te verplaatsen. Daar steekt soms wat narigheid de kop op: sommige bewegingen vergen een precisie die Ori gewoonweg niet heeft. De frustraties lopen hoog op wanneer je een ontsnappingsscène die vijf minuten duurt voortdurend opnieuw moet spelen, omdat Ori een paar pixels teveel naar links of rechts springt.

Conclusie

Ori and the Blind Forest is een aanrader, maar de game is zeker niet voor iedereen weggelegd. Indien je een game zoekt die je niet bij de hand houdt, dan is een bezoekje aan the Blind Forest zeker geen slecht idee. Heb je voor je televisie in woedende scheldtirades al menig controller versleten, wees dan voorzichtig. Ori and the Blind Forest is geen sprookje voor gevoelige zieltjes.

Ori and the Blind Forest | REVIEW
HOT!
NOT!
90
SCORE

Vond je dit artikel nuttig?

Abonneer
Laat het weten als er
guest
0 Reacties
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties
NL / EN
0
Geef je mening over dit onderwerp en laat een reactie achter!x